Livres - Bibliographie

`Laat haar gaan, ritselt zijn stem. `Je durft niet, antwoord ik. We kijken elkaar niet aan terwijl we met elkaar spreken. Niemand mag de indruk krijgen dat we iets beramen. Karel de Kerkpisser, professor in de boeverij, leerde me de stiel van het stelen. Hij leerde me hoe ik een klein mesje moest koesteren en het een naam geven. Hoe ik het mesje moest slijpen met mijn strontkei, de gladde steen die ik, zoals iedereen, altijd bij me heb om mijn billen mee schoon te wrijven. Met die strontkei moest ik mijn mesje slijpen van de punt tot aan het stoottouwtje dat het heft beschermt. Hij leerde me hoe ik het mesje in mijn mouw kon laten verdwijnen om het er in de tijd van een knipoog weer uit te laten glijden. Hij leerde me hoe ik een gestolen handschoen of een afgesneden beurs ongezien in mijn riem of in mijn hemd kon schuiven. Hij leerde me rennen, klimmen en breken.

Margot a 15 ans et vit au XVIe siècle au moment de la guerre qui oppose les Pays-Bas et le royaume de Phillipe II d'Espagne. Arrêtée pour chapardage, elle se fait passer pour la fille d'un officier espagnol et est envoyée en Espagne pour espionner. Elle y rencontre don Domingo et cherche à échapper à sa mission. Nouvelle Description

marguerite est née par une nuit glaciale de décembre 1347. Son père, Louis de Male, comte de flandre, voulait un fils, un héritier. Il n'aura qu'une fille. A quatorze ans, Marguerite rêve des valeureux chevaliers, mais les princes qu'on lui présente ne sont que de pâles soupirants qui ne résistent pas à son caractère bien trempé et à ses effronteries. Le jour où son père lui annonce qu'il est temps qu'elle se marie, qu'il a choisi pour elle le fils du roi d'Angleterre, Marguerite se rebelle.